Een bijzonder interessante brainstorm sessie gehad met Peter Vonk over de fundamenten van het scenario onderwijs in het algemeen en op Open Studio in het bijzonder. We kwamen daarbij tot een driedeling als basis van de classificatie van de scenario-leerstukken. Namelijk:
1. Character en Plot
2. Wet van drie
3. Overig

Daarbij is natuurlijk alles nog lang en lang niet gezegd. In deze weblog zullen regelmatig wetenswaardigheden van onze discussie gepubliceerd worden.

Muggenziften op hoog (scenario-technisch) fictie en non-fictie niveau.

Deel dit bericht!

7 Comments

  1. Peter 12 december 2011 at 11:19 - Reply

    Over die basisindeling moeten we het nog maar eens hebben Joost want die wet van drie vind ik er nu wat appels en peren-achtig bij staan. Ik zou eerder denken: 1) character 2) plot (incl wet van 3) overig.

    Eerst even vanwege de volledigheid terug naar het begin van onze discussie:

    On 30-11-11 17:39, “Peter” wrote:

    Ik voelde vanmorgen al iets kriebelen Joost toen jij counteraction als synoniem voor subtekst gebruikte. Maar ik was er niet helemaal zeker van en hield even mijn mond. Ik heb even gegoogled en ja daar vond ik wat ik zocht. Onder counteraction wordt meestal verstaan de handelingen van personages in een subplot die een soort commentaar leveren op de handelingen van protagonist en antagonist. Een beroemd en veelaangehaald voorbeeld is de scène uit het stationscafé in Brief encounter waar de kibbelende conducteur en barjuffrouw het beladen zwijgen van de characters van een luchtig en zelfs enigszins becommentariërende achtergrond voorzien. Ik geloof zelfs dat het vb in Field staat maar ik kan ivm met een schilderbeurt even niet bij mijn boeken.

    Maar op een andere plaats vind ik het begrip omschreven als de reacties van de protagonist op de gebeurtenissen om hem heen.
    Zo komt de verwarring in de wereld.
    Ben benieuwd hoe jij aan de betekenis “subtekst” komt.

    Groet van Peter

  2. Peter 12 december 2011 at 11:20 - Reply

    (sorry verschrijving, ik bedoel natuurlijk 1) character, 2) plot, 3) overig.
    Groet van Peter

  3. admin 12 december 2011 at 12:04 - Reply

    Over jouw driedeling kan ik kort zijn. Die is inderdaad beter dan de mijne. Laten we het dus voor het nu houden op:
    1) Character
    2) Plot (incl. Wet van 3)
    3) Overig.

    Waarbij voor mij geldt dat character heel nadrukkelijk vet en zonder concurrentie op 1 staat .Alles begint met een personage met een niet direct te verwezenlijken (dramatisch) doel.

    Dan wat het kriebelen bij jou betreft. Ik denk overigens niet dat subtekst hetzelfde is als counteraction maar kreeg eerder de indruk dat de definitie van subtekst in brede zin zoals jij die hanteert ook beslaat wat ik bestempel als counteraction. Maar nu ik je reactie zie besef ik dat die indruk waarschijnlijk onjuist was.

    Wat is voor mij nu counteraction? Ik gebruik de term met name als ‘visualiseringstool’ om een kijker toegang tot het hoofd van een personage te geven. Een personage laat zien wie hij of zij is door de wijze van handelen. Als dat handelen precies is zoals ‘iedereen zou doen in zo’n geval’ leren we weinig specifieks over het personage. Mooier en interessanter is het dan ook als dat handelen haaks staat op wat het personage er direct mee wil bereiken. Klassieke voorbeelden: Judas verraadt Jezus met een kus, een maffiabaas onhelst zijn aanstaande slachtoffers innig. Beide handelingen van liefde, waarmee iets totaal anders wordt uitgedrukt, en daardoor betrekken ze ons op het personage. Iemand die boos is wordt veel indringender als de boosheid wordt onderdrukt met bloemetjes. Ook in dialoog onderscheid ik counteraction. Een vrouw die tegen haar man schreeuwt “ik haat je, ik haat je!” kon wel eens heel veel van die man houden… Dit lijkt een beetje op de tweede door jou genoemde interpretatie, maar dan heb ik het niet over alle reacties van de protagonist op de gebeurtenissen om hem heen maar vooral over de a-typische reacties die de protagonist (geldt m.i. overigens ook voor andere personages) typeren en onderscheiden.

    De term subtekst hanteer ik vooral in enge zin, namelijk in de interactie tussen personages. De ‘tekst’ is in die context wat de uiterlijke omstandigheden (dialogen, handelingen, sfeer) ons doen geloven en de subtekst is wat er eigenlijk aan de hand is en wat wij als kijker (of lezer) actief moeten ontdekken. Je zou kunnen zeggen dat dat wat zich op het doek of op TV afspeelt vooral de ’tekst’ is en dat bij een goede film de subtekst dan is wat zich in het hoofd van de lezer of kijker afspeelt.

    Kun je iets met deze beide definities?

  4. Arjan 12 december 2011 at 15:45 - Reply

    Wat is overig? Dat klinkt als een vergaarbak, daar moet toch ook een essentie inzitten? Al zou je het ‘grooming’, ‘Details’ noemen of van mijn part ‘pimping’ =) dan is duidelijk dat naast CHARACTER en plot je het verhaal verder kunt ‘aankleden’ met xyz… ik heb zelf altijd een hekel aan rijtje met overig (zoals je ziet) dan is het je niet gelukt om een goede categorisering te maken. Vandaar dus mijn vraag welke essentie vind je terug in de vergaarbak Overig?

  5. admin 12 december 2011 at 16:14 - Reply

    Je zou kunnen zeggen dat het (hoofd)character – de protagonist dus – en het plot samen het geraamte van het scenario definiëren en dat met de groep overig dus inderdaad bedoeld wordt alles wat je nodig hebt om dit geraamte te vullen tot een volwaardig filmverhaal. Pimping is wat dat betreft nog geen eens zo’n slechte suggestie, maar wellicht is “Inhoud” een betere beschrijving. Bij Inhoud kun je dan denken aan visualisering, spanningsopbouw en … overig?
    Nee, niet weer een vergaarbak.
    Visualisering, spanningsopbouw en ‘inhoudelijke opbouw’. Met dit laatste bedoel ik dan een opbouw van synopsis naar treatment naar scenario.

  6. Peter 14 december 2011 at 11:01 - Reply

    Wb de 2 definities “subtekst” en “counteraction”:
    ALs ik het goed begrijp is in jouw terminologie Joost counteraction dus een veel voorkomend voorbeeld/uitingsvorm van subtekst. Het is misschien wel goed aan studenten uit te leggen dat het begrip counteraction ook wel op andere manieren wordt gebruikt (niet erg, komt ook bij mij wel vaker voor. Bv bij de begrippen mise-en-scène, découpage enz enz).

    Ik vind overigens McKee’s beschrijving van subtekst het fraaist: de diepste emoties en wensen van personages die voortkomen uit wat zij werkelijk willen (zonder dat noodzakelijkerwijs zelf te weten). Hoeft niet hetzelfde te zijn als wat zij (niet) doen en zeggen. Jouw onderscheid tussen tekst en subtekst geeft dat goed aan.

  7. admin 19 december 2011 at 18:52 - Reply

    Dag Peter,
    Daar komt het eigenlijk wel op neer, ja, dat een personage door ‘tegendraads’ te handelen een stukje van zijn diepere zelf prijsgeeft. Daarmee wordt counteraction inderdaad een bijzondere vorm van subtekst.
    Over mise-en-scene en decoupage heb ik het met mijn studenten nauwelijks omdat ik me in mijn lessen zoveel mogelijk tot het pure scenarioschrijven beperk en deze begrippen toch meer bij de regisseur en zijn takenpakket behoren. Tenminste, zo probeer ik het gebied dat mijn lessen bestrijken hanteerbaar te houden.
    Uit jouw beschrijving van McKee maak ik op dat jij over een Nederlandse versie van zijn boek “Story” beschikt. Is dat zo? Wist niet dat die bestond. Of vertaal je dit zelf zo fraai?

Leave A Comment