Rajput ober

Rajput ober

Vandaag is het “holy”, het Hindoestaanse nieuwjaarsfeest. Overal klinkt tromgeroffel. En overal zijn massa’s veelal aangeschoten Hindoestanen met in felle kleuren beschilderde gezichten op de been.

Schijnt het.

Want we worden echte kolonialen en als het even niet nodig is, als er even geen locaties of acteurs gezocht hoeven te worden, gaan we ons hotelterrein nauwelijks af.

Karin is tot nog toe de enige echte getuige van het feest. Zij ging een kruispunt verder een pakje sigaretten halen en kwam terug met een roodbeschilderd gezicht.

Stond haar niet slecht.

Nog even over het hotel. Alle obers hebben in beide oren een opvallende zilveren of gouden oorknop. Dat is het teken dat ze tot de een na hoogste kaste behoren, die van de Rajputs. In vroegere tijden verbleven de Rajputs aan het hof en in de paleizen van koningen en maharadja’s. Zij waren bedreven in de vechtkunst en stonden als krijgers garant voor de veiligheid van de adel, de hoogste kaste.

De tijden zijn veranderd.

De meeste koningen en maharadja’s, die alleen nog maar morele en geen feitelijke macht meer hebben, kunnen het onderhoud van hun paleizen niet meer betalen. Zij verpachten daarom een deel ervan als verblijfplaats voor buitenlandse toeristen, zoals het hotel ‘Polo Heritage’ waar wij nu verblijven. De Rajputs zorgen niet langer meer voor de veiligheid van de oude machthebbers, maar voor het gerief van de nieuwe machthebbers, de in hun ogen steenrijke toeristen. Sommige van onze obers zijn nog steeds door hun vaders getraind in de rajput-vechtkunst, zo vertelden zij mij.

Ook onze filmploeg beantwoordt – of we dat nu willen of niet – in zekere zin aan de regels van een kastensysteem. De producent-regisseur is de brahmaan. Daaronder vind je de cameraman, inline producer en de geluidsman. Hieronder bevindt zich de kaste van de Nederlandse assistenten. Daarna krijg je de Indiase filmcrew-leden met een specifieke eigen verantwoordelijkheid, zoals productieleider Kawal, de mensen voor het licht, de kleding en de set dressing. En daaronder hun – dankzij Karin nog steeds redelijk telbare – assistenten.

Ik geloof niet dat er in onze filmploeg ook sprake is van Dalits, kastelozen. Of het zouden de grote hoeveelheden figuranten moeten zijn die uiteindelijk zelfs niet op de aftiteling vermeld zullen worden.

Misschien ben ik zelf hier in zekere zin wel een kasteloze. Door mijn dubbele functie, zowel scenarioschrijver als steun en toeverlaat van Sander, en door mijn relatieve onervarenheid op speelfilmsets, heb ik soms het idee dat ik tussen de verschillende functies doorstroom. Ik ben al de hele periode iedere dag druk, maar definieer veelal – zeker zolang er nog niet gedraaid wordt – zelf mijn taak. Besluit zelf om locatie- en castingrapporten te gaan schrijven, omdat me dat handig lijkt. Stort me dan weer vol overgave op de tientallen mappen met honderden formulieren van  gecasten (met een c) om daar systeem in aan te brengen. Ik heb daarnaast ook een bepaalde sociale rol, zo voel ik het, en fungeer soms als uitlaatklep voor Karin. En dan is er ook nog de website, www.bardsongs.com, die binnenkort de lucht ingaat en waarvoor mijn expertise af en toe gevraagd wordt.

Best veel, voor een paria.

Ben blij dat het vandaag een feestdag is.

Deel dit bericht!

Leave A Comment